In gesprek met Joost | Bethelkerk Veenendaal
Eén van de jongste groene kerken is de Bethelkerk (CGK) in Veenendaal. Joost Straat is lid van de werkgroep Groen Geloven. “Wat mij betreft hadden we onszelf Groene Geesten genoemd, maar dat vonden anderen van onze werkgroep toch wat te vaag.” Het typeert de Veenendaler, die graag de verbinding zoekt, maar ook niet bang is voor een beetje reuring. Naast zijn duurzame betrokkenheid bij de Bethelkerk doet Joost dat ook voor zijn werk, hij is verduurzamer.
Wat betekent voor jou geloof en duurzaamheid?
“Het woord ‘duurzaamheid’ staat niet in de Bijbel, maar dat je goed omgaat met wat ons toevertrouwd is, dat is een gedachte die onder heel veel teksten ligt. Een tijd lang leek deze gedachte nauwelijks binnen kerken te bestaan. Dat frustreerde mij. Er werd gesproken over ‘een nieuwe hemel en een nieuwe aarde’, dus waarom zou je je richten op het leven hier? Gelukkig zie je nu op steeds meer plekken dat christenen in beweging komen voor de schepping. Vanuit onze eigen kerk gaan we met een groep naar GroenGelovig.”
En jullie hebben je aangesloten bij het netwerk van groene kerken! Wanneer zijn jullie hiermee aan de slag gegaan?
“Zeven jaar geleden was er al een werkgroep beleid in onze kerk, die een groene kerk wilde worden. Onze beheercommissie vond het toen een goed idee om met het thema duurzaamheid aan de slag te gaan, maar vond een bordje niet nodig. Nu zien we dat het bordje ‘groene kerk’ juist een concentratiepunt is voor mensen: het visualiseert ons besluit, het laat zien waar we ook voor staan. Voor onszelf en ook aan mensen buiten de kerk.”
Hoe kwam het dat jullie nu wél een groene kerk zijn geworden?
“We zijn aangesloten bij Energievoorkerken.nl, daar gaat het om de energiekosten. De energiekosten verviervoudigden dit jaar. Daarom hebben we fors ingezet op energiebesparende maatregelen. De provincie Utrecht heeft – net als andere provincies – een ontzorgingsprogramma voor verduurzaming van maatschappelijk vastgoed en daar doen we als pilot aan mee. Zo is het balletje opnieuw gaan rollen en zijn we alsnog aangesloten bij het netwerk. Maar nu wel meer dan energie en kosten voor energie. We gaan voor het hele palet van een groene kerk. En met het bordje!”
Hoe hebben jullie de gemeente hierin meegenomen?
“Het initiatief voor verduurzaming van het gebouw kwam van de beheercommissie, die zich richt op geld, gebouwen en energie. Maar groene kerk-zijn is natuurlijk veel méér dan dat. We hebben eind vorig jaar drie gemeenteavonden onder de titel Groen Geloven georganiseerd. De eerste ging over de theologie en het was ook voor mij verrassend hoeveel er in de Bijbel staat over de zorg voor de aarde. De tweede avond ging over ons gedrag en tijdens de derde avond heeft de groene Ontmoetingskerk uit Rhenen verteld wat zij allemaal doen. Ondertussen zijn we als werkgroep ook nog bij hen langs geweest om goede ideeën en inspiratie op te halen. Onlangs hebben we het besluit om een groene kerk te zijn met de hele gemeente gevierd. Daarbij stonden we ook op de informatiemarkt van de kerk en hadden we een workshop waar we veel ideeën hebben opgehaald.”
Hoe ga je om met weerstand?
“Ik vind het belangrijk om voor verduurzamen een nieuwe taal te ontwerpen. Het gaat vaak over wat niet mag, terwijl het juist gaat om wat het oplevert. Als er weerstand is, ga ik op zoek naar de urgentie. En gun mensen ruimte om mee te bewegen. Een beetje prikkelen mag, maar zorg ervoor dat je niet in het verkeerde vak terecht komt. Dan kun altijd vanuit de verbinding het gesprek aangaan. Dus wel op het Malieveld, maar niet op de A12.”
Wat zijn jullie volgende stappen?
“We gaan nu aan de slag met de ideeën die we onlangs tijdens de workshop hebben opgehaald. Daarbij willen we regelmatig de gemeente informeren over duurzame initiatieven, gedachten of oplossingen. Onze kerk staat op de rand van een verouderd bedrijventerrein waar nu een woonwijk zal komen. Juist met duurzame activiteiten kun je aansluiten bij mensen die misschien niet in God geloven, maar waarbij er op het gebied van een duurzame omgang met de aarde juist veel wederzijdse herkenning is. Stel je voor dat we als kerken allemaal op bijvoorbeeld Michazondag naar buiten gaan en met iemand in gesprek gaan over de zorg voor de aarde. Dat is betekenisvol en kan een duwtje geven aan wat God van ons vraagt. Dit idee, daar krijg ik nu kippenvel van.”